Het corsoseizoen start met brainstormsessies met ontwerpers, de beste ideeën worden uitgewerkt en in het voorjaar kiest elke corsogroep één ontwerp. In grote tenten worden de onderstellen aan elkaar gelast. Tijdens de zomermarkt in juli presenteren de deelnemende groepen hun ontwerpen. De gelaste vormen worden bedekt met papier-maché en in de juiste kleuren geschilderd. In de laatste dagen voor het corso worden de dahlia’s op de wagens geplakt en getikt.
En dan is het zover: de tweede zondag van september, de dag waarop alle wagens aan het publiek getoond worden én waarop de kermis van start gaat. ’s Ochtends worden de corsowagens beoordeeld door de vakjury die bestaat uit wagenbouwers van andere corso’s in Nederland, aangevuld met (bloemsier)kunstenaars en ontwerpers. Aan het begin van de middag trekken de wagens door de straten van Lichtenvoorde, het Kindercorso voorop. Tussen de wagens door treden muziekkorpsen en straattheatergroepen op. Na het corso worden alle wagens opgesteld op een terrein, waar iedereen ze rustig kan bewonderen. De dag wordt feestelijk afgesloten in diverse horecagelegenheden. Maandag zijn de prijsuitreikingen. Daarna is de kermis weer geopend, vindt het jaarlijkse vogelschieten plaats en wordt er veel gedanst en gefeest. Dinsdag is de laatste dag van de corsovreugde van dat jaar en wordt er afgesloten met vuurwerk.