Het Netwerk Immaterieel Erfgoed laat de variëteit aan cultuuruitingen zien die erfgoedgemeenschappen, groepen of individuen zelf erkennen als immaterieel erfgoed. Dit immaterieel erfgoed is door henzelf in het Netwerk aangemeld. Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland is derhalve niet verantwoordelijk voor de inhoud van de beschrijving.

Beschrijving

Nederland telt honderden brouwerijen in alle soorten en maten: van multinational tot regionale microbrouwerij, van brouwerijhuurder tot brewpub. Genieten van bier wordt een steeds massiever bestanddeel van onze cultuur: behalve een wijnkaart hebben restaurants tegenwoordig ook een bierkaart. Koks bedenken speciale bier-spijscombinaties en door heel Nederland worden bierfestivals georganiseerd waar bezoekers muntjes en een glas kopen om zo de meest uiteenlopende bieren te kunnen proeven. Mensen doen mee aan bierwandeltochten of kijken in een brewpub hoe het bier wordt gebrouwen dat ze op dat moment ook drinken. Bierliefhebbers volgen bieropleidingen tot de opleiding van biersommelier aan toe. De Nederlandse biercultuur leeft, bruist en schuimt als nooit tevoren.

De hedendaagse biercultuur staat op de schouders van een rijke Nederlandse brouwtraditie die ver teruggaat in de tijd. In de 16de en 17de eeuw was bier in de Nederlandse steden alom tegenwoordig. Een stad had vaak meer dan tien brouwerijen zodat je op meerdere plekken de zo typische geur van bier brouwen kon ruiken. Bier zorgde voor veel leven in de brouwerij. Terwijl de kuiper nieuwe biervaten afleverde, was de brouwknecht druk met opwarmen, roeren, filteren, overpompen, koken en weer afkoelen. Intussen varieerde de brouwer de samenstelling van zijn gruit of bedacht hoe hij een succesvol Duits bier kon verbeteren of zelfs kon namaken; koopmansgeest was een kenmerk van de Nederlandse biercultuur. Deze handelsgeest heeft er mede toe geleid dat Nederland vanaf de tweede helft van de 19de eeuw het pils omarmde. Aanvankelijk werd dit bier geïmporteerd uit Duitsland en Tsjechië maar al snel maakte Nederlandse brouwerijen het zelf. Pils werd een succesverhaal maar was er ook de oorzaak van dat in de jaren 80 van de vorige eeuw alle ambachtelijke brouwerijen verdwenen waren en 99 procent van het bier in Nederland pils was.

De afgelopen decennia markeerden de opkomst van 'thuisbrouwers' die weer andere bieren gingen brouwen dan pils. Eerst werden vooral traditionele Belgische bierstijlen gebrouwen, later ook de inmiddels populair geworden Amerikaanse varianten. In het kielzog van deze hobbybrouwers en geïnspireerd door microbrouwers in de Verenigde Staten, werden in Nederland steeds meer kleine, bijzondere brouwerijen opgericht. Dit begint eind jaren 90 eerst schoorvoetend maar inmiddels staat de teller op ruim 800 microbrouwerijen die een enorme verscheidenheid aan bieren maken.

Er wordt weer volop ambachtelijk geroerd, gefilterd, overgepompt, gegist en gelagerd; alleen is het hout van de vaten nu vervangen door roestvrij staal. Alhoewel, er zijn verschillende brouwers die hun bier nu laten narijpen op houten vaten; daarbij wordt het experiment niet geschuwd zoals bijvoorbeeld de brouwers die speciaal voor dat doel oude champagne- of whiskyvaten importeren. Deze experimenteerlust zie je ook terug in de vele zwaargehopte bieren (IPA's), maar ook bij de microbrouwers die met zeer experimentele recepten eigenzinnige bieren brouwen die ook gedronken worden door jongeren. Bij de grote brouwerijen zit het experiment onder meer in het maken van alcoholarm of alcoholvrij bier. Door veranderingen in het brouwproces zijn brouwerijen steeds beter in staat om bier te brouwen dat weinig of geen alcohol bevat maar dat wel steeds meer naar echt bier gaat smaken. Een geweldige ontwikkeling omdat nu ook mensen die om religieuze of gezondheidsredenen geen alcohol drinken van bier kunnen genieten.

 

Contact

Nederlands Openluchtmuseum
Arnhem