Gregoriaanse gezangen zijn gezongen teksten die worden gekenmerkt door eenstemmigheid en worden meestal zonder instrumentale begeleiding uitgevoerd, de gezangen hebben een vrij ritme. De teksten zijn veelal afkomstig uit het Oude en Nieuwe Testament. Vooral het boek Psalmen is een belangrijke bron. Die teksten hebben bijna steeds betrekking op algemeen menselijke gevoelens en ze verkrijgen een hoge intensiteit als ze worden vertolkt in gregoriaanse toonzetting. Gregoriaanse gezangen zijn van oudsher verbonden zijn aan de liturgie van de rooms-katholieke Kerk. Hierbij zijn twee soorten erediensten (missen) te onderscheiden, ten eerste de eredienst met vaste gezangen waarvan de inhoud steeds hetzelfde is maar waarvan de melodie kan variëren (Kyrie, Gloria, Credo, Sanctus, Agnus Dei). Er bestaan bijna twintig van soort gangbare missen met vaste gezangen. En ten tweede de erediensten met wisselende gezangen die bepaald worden door hun plaats in het kerkelijk jaar. Dat jaar begint met de eerste zondag van de advent en eindigt met het Feest van Christus Koning op de laatste zondag vóór de advent.
Hiernaast zijn er ook de gezangen van de Getijden. De dagorde telt 8 getijden, 8 momenten waarop de kloosterlingen zich in hun kapel verzamelen voor het bidden en zingen van de getijden. Maar ook elke dag van het jaar heeft zijn vastgestelde getijden. Die zijn zowel bepaald door de zondagen van het kerkelijk jaar maar ook doordat elke dag van het jaar een eigen thema, feest of herdenking kent.
Met regelmaat is het koor Karolus Magnus in kerken te vinden, bijvoorbeeld bij rouw- en trouwdiensten of bijzondere vieringen. Men brengt het uitvaartritueel bij de tijd door ook te participeren bij crematierituelen of bij begrafenissen op bijvoorbeeld natuurbegraafplaatsen. Het actualiseren van het gregoriaans en het zoeken naar buitenkerkelijke locaties om het gregoriaans ten gehore te brengen hebben in de loop der jaren bij de activiteiten van de schola een steeds sterker accent gekregen. De gregoriaanse zang een glansrijke inhoud geven in ook andere dan liturgische contexten acht de Schola Karolus Magnus haar belangrijkste taak. Zij deed dat met haar project The Martyred Virgins waarin Sint Agatha en Sint Agnes werden neergezet als prototypisch voor het geweld tegen vrouwen dat onverminderd actueel is en waarbij daarom ook teksten werden gesproken over hedendaagse gewelddadigheden, in de bewoordingen van slachtoffers zelf, of van mensen die getuige waren van dat geweld. De corona- uitbraak in 2020 bood opnieuw een mogelijkheid om het gregoriaans in deze tijd te plaatsen evenals de heiligverklaring van Titus Brandsma in 2022. De schola zoekt nadrukkelijk naar buitenkerkelijke toepassingen van gregoriaanse zang en is op dit moment bezig met in de vorm van een 'vluchtelingenvespers' aandacht vragen voor de migrantenproblematiek door de eeuwen heen.
Daarnaast verzorgt het koor met bovenstaand repertoire ook concerten en worden vernissages opgeluisterd.